In een familiebedrijf ontstond een hoogoplopende ruzie tussen de drie aandeelhouders, kleinzoons van de oprichter. Twee van de drie hielden tevens prioriteitsaandelen en waren ook bestuurder. Niet alleen was elk overleg onmogelijk geworden, maar de heren vochten elkaar ook letterlijk de tent uit. Er werd geslagen met deuren en men verbouwde elkaars kantoren.
Onze opdracht
Wij werden ingeschakeld door twee van de aandeelhouders. Onze opdracht was om op zo kort mogelijke termijn voor een oplossing te zorgen om zo de continuïteit van het bedrijf te waarborgen.
Onze aanpak
Samen met de advocaat van de andere aandeelhouder werkten we een aantal oplossingen uit. We schetsten de mogelijkheden van onder andere een totale of gedeeltelijke bedrijfsoverdracht en een zogenaamde ‘ruziesplitsing’. Samen met een accountant kwamen we tot een globale prijsbepaling.
De onderhandelingen stokten echter op een bepaald moment. Kennelijk waren de geesten nog niet rijp voor een einddeal. Wat we ook probeerden in de gesprekken, we kwamen niet verder.
In overleg met de cliënt besloten we de zaak op scherp te zetten: vanwege de onderlinge spanningen die overal voelbaar waren, dreigde het bedrijf er onderdoor te gaan. Er was geen tijd meer om in alle rust tot een oplossing te komen.
We dienden een verzoekschrift in bij de Ondernemingskamer van het gerechtshof Amsterdam om een onderzoek te gelasten naar het beleid van de onderneming. Daarbij vroegen we de Ondernemingskamer om onmiddellijke voorzieningen te treffen, waaronder het schorsen van een van de bestuurders en het schorsen van zijn stemrecht als aandeelhouder. Voortvarend als altijd, bepaalde de Ondernemingskamer een zitting op een zeer korte termijn.
Het resultaat
Door op deze wijze de druk op te voeren, kwam de zaak ineens in een stroomversnelling. Met een voor hen mogelijk ongewenste uitkomst van de procedure in het vooruitzicht, waaronder een eventuele benoeming door de Ondernemingskamer van een externe tijdelijke bestuurder, kwamen partijen snel tot zaken. Een deel van het bedrijf werd afgesplitst naar een van de aandeelhouders en de andere twee zetten het bedrijf voort. Er werd een fiscalist bij betrokken om ook belastingtechnisch de beste oplossing te bereiken.
Jaren later bestaan beide bedrijven nog steeds en ze presteren naar behoren. Tot genoegen van de rest van de familie, ontmoeten de voormalige kemphanen elkaar zelfs weer op familiebijeenkomsten.
Wilt u meer weten over het oplossen van conflicten tussen aandeelhouders? Neem dan contact op met Pierre van Voorst.