Door :
24 maart 2016
Het Gerechtshof Den Bosch heeft geoordeeld dat een privépersoon niet altijd jegens de bank gebonden is ook al heeft hij een kredietovereenkomst mee getekend (23 maart jl ECLI:NL:GHSHE:2016:1039). Het ging in deze zaak om een krediet in rekening courant (van € 15.000) van een vennootschap. Van die vennootschap was een Stichting bestuurder. Een privé persoon – een man – was bestuurder van deze Stichting. De bankrekening van de vennootschap was mede te naam gesteld op deze man. Dezelfde man had de kredietakte getekend. En dat zelf twee keer. Naar hij dacht een keer als bestuurder van de vennootschap en een keer als bestuurder van de Stichting. Indien er meer schuldenaren zijn (volgens de bank hier zowel de vennootschap als de man) is het uitkijken voor de bank zo blijkt uit deze zaak. Bijvoorbeeld als uit de tekst van de akte niet in een oogopslag duidelijk is wie zich bindt. Dan kan het zijn dat daarnaast ook nog de overtuiging nodig is dat die persoon met het zetten van zijn handtekening ook daadwerkelijk heeft bedoeld zich naast de vennootschap in privé te hebben willen binden. De bewijslast daarvan rust dan op de bank. En die vereiste overtuigingskracht ontbrak in deze zaak. De man werd ondanks zijn handtekening in privé niet aansprakelijk gehouden voor de lening.
De rechtbank had eerder anders beslist. De tekst van de akte bracht voldoende duidelijk tot uitdrukking dat hij privé mede rekening houder was. In de toepasselijk geachte algemene voorwaarden (voor rekening courant) was daarover een duidelijke bepaling opgenomen. Als er meer rekeninghouders zijn (zoals de bank aanvoerde stond hier de man en de vennootschap genoemd in de akte) dan is elke rekeninghouder voor het geheel hoofdelijk aansprakelijk. Die voorwaarden maken deel uit van de overeenkomst. In hoger beroep werd ( pas bij pleidooi en dus te laat) ook nog een beroep gedaan op deze bepaling als nietige/vernietigbare particuliere borgtocht. Dat onderdeel laat ik hier verder rusten.
Maar de rechtbank gaf de man nog wel een kans. Namelijk als blijkt dat de bank bij de ondertekening mondeling niet heeft medegedeeld dat hij ook privé mee tekent. In dat geval kan volgens de rechtbank de ondertekening niet het vereiste vertrouwen bij de bank hebben gewekt dat de man zich ook privé heeft willen binden. De man mocht van de rechtbank dit tegenbewijs leveren; dat wil zeggen het bewijs dat de bank niet op zijn handtekening privé alleen mocht afgaan. De man moest daartoe van de rechtbank derhalve bewijzen dat de bank hem bij de ondertekening niet had gezegd dat hij ook privé mederekeninghouder was. Dat is geen eenvoudige opgave. Een vertegenwoordiger en een medewerkster van de bank zijn als getuigen gehoord. Hem zou zijn verteld dat hij privé mee tekende. De rechtbank oordeelde dan ook dat de man niet is geslaagd in het tegenbewijs en wees de vordering van de bank toe.
Het Hof benaderde de zaak van de andere kant. Het uitgangspunt is dat op de bank volgens de hoofdregel (150 Rv) de bewijslast rust. De bank moet bewijzen dat de man privé gebonden is voor de lening aan de vennootschap. Dat lijkt een stuk eenvoudiger. Daartoe kan de bank immers volstaan met zich te beroepen op de ondertekende kredietakte met daarin partijverklaringen. Aan een dergelijke akte komt ook volgens het Hof in beginsel steeds dwingend bewijs toe (157 Rv).
Maar het Hof oordeelde dat dit bij een akte alleen geldt ten aanzien van hetgeen waarvoor de akte bestemd is tegen de wederpartij van de bank (de kredietnemer/rekeninghouder) te bewijzen. Volgens het Hof volgt daar niet zonder meer uit dat die akte mede bestemd is te bewijzen dat de overeenkomst ook tot stand is gekomen tussen de man privé en de bank. De vennootschap en de man worden volgens het Hof eigenlijk steeds in een adem genoemd. Geen van beiden wordt apart als debiteur/rekeninghouder genoemd. Daarmee is niet direct duidelijk wat de bedoeling van de akte was. Betekenen deze vermeldingen en ondertekeningen nu dat de man alleen de vennootschap vertegenwoordigt? Of betekenen zij dat hij privé samen met de vennootschap aansprakelijk is voor de schuld. Is dat niet direct duidelijk, dan komt er volgens het Hof geen dwingend bewijs toe aan een akte als die aansprakelijkheid gemotiveerd wordt betwist, zoals hier. En dan dient niet de man, maar de bank de gebondenheid te bewijzen. De bank moet bewijzen dat de man door de akte te tekenen ook privé hoofdelijk aansprakelijk heeft willen zijn voor het krediet aan de vennootschap.
Getuigen werden opnieuw gehoord en verklaarden dat de overeenkomst pagina voor pagina met de man is doorgenomen. Hem zou zijn verteld dat hij ook privé moest mee tekenen, waarna de man heeft getekend. Het Hof twijfelde echter aan de verklaringen van deze getuigen. Daarbij speelt de omstandigheid een belangrijke rol dat er voor de ondertekening nimmer met de man is gesproken over zijn privé aansprakelijkheid. Ook is de onduidelijkheid in de akte voor het Hof van belang daarbij (zie hiervoor). Vervolgens dat de man inderdaad in de veronderstelling had kunnen verkeren twee maal te tekenen (als bestuurder en als indirect bestuurder), zonder daarmee zich ook privé te binden. Ook van belang: het krediet ging volgens het Hof de man in privé niet aan. Tot slot speelt een rol dat de man kennelijk – het arrest laat dat in het midden; waarschijnlijk als (indirect) bestuurder van de stichting- slechts een vriendendienst volgens het Hof verrichte. Dat maakt het evenzeer onwaarschijnlijk dat hij zich privé heeft willen binden. Geoordeeld werd daarom dat de afgelegde verklaringen niet de voor een bewezenverklaring rechtens vereiste redelijke mate van zekerheid geven. Daarom kan niet worden vast gesteld dat de door de bank te bewijzen feiten en omstandigheden zich ook daadwerkelijk hebben voorgedaan. Namelijk dat de man met zijn handtekening ook bedoeld heeft privé mee te tekenen. Het Hof oordeelt vervolgens dat aan de omstandigheid dat de man de overeenkomst toch mede heeft ondertekend onvoldoende overtuigingskracht toekomt, vernietigt het vonnis van de rechtbank en wijst de vordering van de bank alsnog af.
Betaal derhalve nooit zo maar in privé als u wordt aangesproken door de bank omdat u hebt meegetekend, maar neem eerst even contact op met ons.