Door :
24 januari 2022
De horeca wordt geconfronteerd met een dreiging die ongekend is. Het voortbestaan van veel horecaondernemingen zal de komende periode onzeker zijn en blijven. Het is dus van belang om goed te weten welke mogelijkheden er bestaan om schulden te reorganiseren en een faillissement te voorkomen.
Er zijn een paar opties voor bedrijven in zwaar weer:
De wetgever heeft nu een belangrijk nieuw instrument ontworpen om schulden te reorganiseren en een faillissement te voorkomen: de Wet Homologatie Onderhands Akkoord (WHOA).
Dit nieuwe instrument zou weleens interessant kunnen zijn voor bedrijven die in de kern – exploitatie – gezond zijn, maar (plotseling) een te zware schuldenlast hebben opgebouwd (door bijvoorbeeld Covid-19).
De WHOA is een onderhands akkoord tussen de schuldenaar en zijn schuldeisers, dat bekrachtigd kan worden door een rechter en zodoende alle schuldeisers verplicht met het akkoord mee te werken (natuurlijk onder voorwaarden). Op dit moment vereist een onderhands akkoord nog instemming van alle betrokken schuldeisers. In de praktijk zijn er dan vaak ‘lastige’ schuldeisers die niet willen instemmen: vooral de incassobureaus. Dat betekent dat deze partijen, die geen medewerking willen verlenen, een akkoord waarmee de meerderheid van de schuldeisers instemt, alsnog kunnen tegenhouden: een onderhands akkoord is immers vrijwillig. De WHOA maakt het mogelijk om ook de partijen die niet meewerken, aan een akkoord te binden (de bekrachtiging door de rechter).
De WHOA stelt de schuldenaar in de gelegenheid om een akkoord tot stand te brengen. Hiervoor zijn middelen in de WHOA opgenomen om onrustige partijen stil te houden, bijvoorbeeld een afkoelingsperiode en schorsing van faillissementsaanvragen.
Vervolgens moet de schuldenaar aan het werk: de schuldeisers worden verdeeld in klassen (op basis van de wet en contractuele afspraken). Het uitgangspunt is dat schuldeisers niet in een slechtere positie komen dan ze in een faillissementssituatie zouden zijn. Aan verschillende klassen kan ieder een apart akkoord worden aangeboden. De hoogte van de aan te bieden geldsom kan dus verschillen tussen de klassen.
De volgende stap is de stemming: elke klasse moet over het akkoord stemmen. Een klasse heeft vóór het akkoord gestemd wanneer het akkoord wordt aangenomen door schuldeisers die minstens twee derde van de totale waarde van de vorderingen (in de klasse) vertegenwoordigen. Als minimaal één klasse instemt, dan kan de schuldenaar het akkoord aan de rechter voorleggen. De rechter kan het akkoord bekrachtigen en hiermee verbindend verklaren voor alle klassen (dus ook voor een klasse als deze niet heeft ingestemd met het akkoord).
Voordat een rechter een akkoord bekrachtigt, zal de rechter het akkoord toetsen. De rechter dient een besluit te nemen over meer essentiële fasen van de totstandkoming van het akkoord. De beoordeling of de onderneming (exploitatie) voldoende levensvatbaar is. De vraag of de schuldeisers niet beter af zijn in een faillissement (per klasse) en of de voorwaarden en regelgeving van de WHOA correct zijn nageleefd.
Nadat een akkoord bekrachtigd is en dus verbindend is voor alle klassen, kan de schuldenaar het akkoord gaan uitvoeren.
Het voorgaande maakt al duidelijk dat een (succesvol) akkoord niet een sinecure is. Het is een complex proces: in kaart brengen van alle schulden, verdeling in klassen, de reorganisatiewaarde moet hoger zijn dan een faillissement (de schuldeisers moeten beter af zijn bij het akkoord), onderhandelingen met schuldeisers en de begeleiding bij de rechter.
De WHOA biedt daarom ook de mogelijkheid (en verplichting in bepaalde fasen) een herstructureringsdeskundige aan te stellen. Dit zal veelal een insolventierechtspecialist zijn. Het is de taak van de herstructureringsdeskundige om de volledige regie van de totstandkoming van een akkoord op zich nemen.
Afsluitend
De beoogde datum dat de WHOA in werking zal treden is 1 juli 2020. Het parlement moet nog instemmen, een aantal amendementen is nog ingediend, maar de vooruitzichten zijn gunstig. De WHOA lijkt er te gaan komen. Wat is kort gezegd nodig: een gezonde kern, een pot geld voor het akkoord, goede begeleiding en voortvarend handelen.
Als voormalig hotelier richt Ernst Jan zich nu als advocaat op de horeca, hij is dan ook initiatiefnemer en drijvende kracht van de sectie Hotels & Hospitality binnen Hoens & Souren. Hiernaast heeft Ernst Jan veel ervaring in de afwikkeling van faillissementen. Neem contact op met Ernst Jan.
Dit artikel is geschreven voor Misset Horeca.